Start
Familiegeschiedenis
Uit het Fotoarchief
Familienieuws
Reizen

 

 

Omzien in verwondering ..

Wie van de senioren uit het Ooievaarsnest kan op onderstaande foto's  zonder aarzelen een naam plakken ?

 

Klik hier om enkele beklijvende jeugdherinneringen van onder het stof te halen

 

.. en lees  hier het vervolgverhaal van Joe Mazurek...!

 

onze bloementuin doorheen de seizoenen

 

 

acanthus van bloemen, bijtjes, stokrozen

zoals het hoort: vlinder op vlinderstruik

 


Uit het Fotoarchief

horizontal rule

{wijs de foto's aan voor toelichting - klik ze aan om ze te vergroten}


Een bruiloftsmaal uit grootmoeders tijd..

Dat mag je letterlijk nemen, want voor ons ligt de menukaart van het bruiloftsdiner van onze grootouders Jozef Thomaes en Lea Persoons.
Plaats van gebeuren: Tildonk, dinsdag 19 september 1911.
Als je hier klikt kom je te weten dat de bruidegom, als oudste uit een landbouwersgezin er voor gekozen had een handel op te zetten in landbouwmachines . Gaandeweg was hij de belangrijkste verdeler geworden van de melkontromers Persoons. En ja, de bruid was een zus van de broers Jules en Alfons Persoons, die in ruim tien jaar tijd van die zelf ontworpen melkontromer een erg succesvol marktproduct hadden gemaakt.
De familie Persoons was met andere woorden op korte tijd uitgegroeid tot een welvarende familie die alom aanzien genoot. Het lijkt me dan ook evident dat we vanuit dat perspectief deze rijkelijke en overvloedige spijskaart moeten interpreteren.
Als we dit uitbundig bruiloftsmaal van niet minder dan elf (11 !) gangen bekijken met de ogen van onze huidige generaties - opgegroeid met fast-food en snelle-hap-recepten - dan hebben we vlug de neiging ons ongemakkelijk te voelen bij zoveel overdaad. 
En toch was uitgebreid tafelen in die tijd niet zo uitzonderlijk. We herinneren ons spijskaarten te hebben gezien van galadiners van Leuvense studentenverenigingen die op gebied van gastronomische kwaliteit en kwantiteit, in niets moesten onderdoen met wat nu hier voor ons ligt.
Vanzelfsprekend is dit menu opgesteld in de taal van Auguste Escoffier, de culinair expert van die tijd.  Dat neemt echter niet weg dat sommige benamingen van enkele gerechten wel wat toelichting verdragen: Van de consommé vermoeden we dat hij 'getrokken' is op basis van kalf, kip en varken. Bij de 'Croustades' moeten we ons kleine pasteitjes voorstellen met een vulling van zeetong. Volgt ossenhaas met de nog immer populaire 'pommes duchesse'. Als tussengerecht volgt 'gepekelde selder' (Om dorst op te wekken?). Dan komt eindelijk de klassieker die (zonder uitzondering) al onze communiefeesten nog opfleurde: Kalfszwezeriken! Voor de gelegenheid in jagerssaus.  Op welke canapé de patrijsjes rusten is niet meteen duidelijk, noch welk mooi uitzicht de hoenders ons te bieden hebben. Maar we verliezen de moed niet, want na de bruidstaart, ijsroom en fruit volgt nog een dessert!
En dan, (vermoedelijk) was er koffie!
Onvermijdelijk zullen rustpauzes tussenin er voor gezorgd hebben dat het stilaan al 'tegenaan de zessen' was, en dat er belegde broodjes voorzien waren voor wie nog een 'klein hongerke' voelde aankomen...

Elke genealoog wil wel eens speuren naar gebeurtenissen uit het verleden waarbij familieleden vermeld worden of betrokken zijn.
Dat kan nu via de website "
Het Archief - Nieuws van de Groote Oorlog" waarbij een zoektocht in kranten van die tijd verrassende vondsten kan opleveren.
Daarvan vind je hiernaast een paar leuke voorbeelden .
Het eerste knipsel leert ons dat ons grootvader Thomaes wanhopig op zoek was naar zijn verloren gelopen 'Groenendaler', uitgerekend op de dag dat zijn dochter (ons moeder/oma) geboren werd: 6 sept. 1914.
In het tweede berichtje informeren 2 families, gevlucht uit Tildonk voor de inval van de Duitsers, naar nieuws van het thuisfront. Ze logeren op het Neerhof, bij onze (bet)overgrootvader, Leo Thomaes ..
Doe zelf de proef,
klik hier, en vul bovenaan een naam in .
.

(De Scheldegalm 06-09-1914)




(Het Volk, 28-09-1914)
 Het leven zoals het was .. binst  den Grooten Oorlog

Ook dit vergeeld en gekreukt stukje Thomaes-archief wilden we u niet onthouden. Een doodgewone briefkaart nochtans, en op het eerste gezicht een banaal kattebelletje. Maar met intrigerende adressering en datum (20-03-1916). En een opdruk: Postkarte met zegel van het Deutsche Reich. De afzender blijkt een bezorgde (over)groottante te zijn, Marie Thomaes, die andermaal een poging doet om Jozef, haar oudste broer, onze maternele [over-]grootva te bereiken. Blijkbaar niet evident in oorlogstijd. (Bemerk de rechthoekige censuurafstempeling hiernaast).
Maar we waren evenzeer geboeid door de inhoud: het bleek bij nader toezien een pareltje van informatie. Met een verzorgd handschrift (dat een kostschoolopleiding verraadt) weet tante Marie op die minimale ruimte  een hele resem nieuws-items aan te snijden.
Voor een goed begrip:
Marie Thomaes was de oudste halfzus van ons opa, en dus de eerste van de 10 kinderen die Leo Thomaes had bij zijn 2de vrouw, Marie-Louise van Oostende.
Zij was 28 in 1916. Een jaar later, in mei 1917, stierf vader Leo, en in oktober  1918 sneuvelde haar broer Charles. Wellicht heeft ze mee de zorg voor hoeve en huishouden op zich genomen, want haar overblijvende broers waren toen nog tieners. Is ze om die reden nooit getrouwd ? Ze stierf in 1938, amper 47 jaar oud, vier jaar eerder dan haar bejaarde moeder.


Maar lees met ons mee, en in marge geven we toelichting waar nodig:

Wannegem-Lede den 20e-3a-16

 

Zeer Beminde Broeder en Zuster

 

Ik denk dat ons twee laatste kaarten zeker niet zullen terecht gekomen zijn aangezien wij geen woordje van u krijgen.

Hoe ga[at] het bij u van de kost, naar men hier zegt is het bij u duur leven.

Wij zijn hier ook op een vleeschrantsoen gezet en de boeren mogen ook geen varkens meer slachten aangezien alles overgegeven is en wanneer een koe kipt of een zoog viggerd moet ge dit gaan overgeven.

Hoe is het met de kleine Julia?

Wij zijn God dank allen gezond tenzij wij een beetje van den influenza hebben, elk op zijnen toer, maar met een weinig geduld is dat nogal gauw gepasseerd.

Gisteren hebben wij de haastige dood vernomen van Kozijn Leo Van Den Abeele, rustend pastoor te Oostakker, ten gevolge van een attaque.

Over veertien dagen hebben wij de complementen ontvangen van Charles door J. van Ostende in Duitschland, die er tijding van ontvangen had dat het met hem nog altijd goed gaat.

Hopende dat dit schrijven u mocht goed toekomen verwachten wij een spoedige antwoord.

 

Uw toegenegene Zuster, Marie

bullet

We weten dat opa Thomaes lange tijd met zijn gezin op diverse plaatsen in Wallonië heeft verbleven. Als vertegenwoordiger van  landbouwmachines en melkontromers voor de firma Persoons was het zuidelijk deel van ons land toen zijn werkterrein. In 1916 verbleef hij in Bersillies-l'Abbaye, tegenaan de Franse grens, waar hij blijkbaar logeerde bij ene mijnheer Overtus, ons verder niet bekend.

bullet

De bezorgdheid van zijn zus was zeker niet verwonderlijk gezien de voedselschaarste en -rantsoenering tijdens de eerste WO.

bullet

Kippen is een Oost-Vlaamse variante voor kalven, en viggeren/viggenen voor biggen werpen. 't Is maar dat je het weet..

bullet

De kleine Julia is - voor wie het zou ontgaan zijn - ons moeke/oma, op dat moment anderhalf jaar oud!

bullet

Merkwaardige vaststelling dat blijkbaar toen in ons land al een griepepidemie rondwaarde. Amper twee jaar later zal de Spaanse griep immers een nog gruwelijker dodentol eisen dan de net afgelopen Groote Oorlog.

bullet

Pastoor Leo Van den Abeele was een neef langs grootmoeder Cornelis. Van deze welstellende heeroom is het zilveren tafelbestek nog steeds in familiebezit, als ik me niet vergis ..?

bullet

De tussenpersoon, Jozef van Oostende, langs wie nieuws vernomen werd over hun broer Charles, vrijwilliger aan het IJzerfront,was een neef langs moederszijde.

bullet

Over Charles Thomaes,  vind je meer informatie elders op deze webstek. Helaas zal de familie twee jaar later het treurige nieuws moeten verwerken dat hij gesneuveld was, amper een paar weken vóór de wapenstilstand.
Voor onze neef
Paul Thomaes was het een opsteker  op deze manier aanvullende info te vinden over zijn gesneuvelde oom.

 

 

 

 

 

 

 

 


 

 .. Even oppoetsen: François-Auguste Gevaert

Bitter weinigen zullen deze krasse, statige grijsaard met ascetische blik, partituur en dirigeerstokje, kunnen verbinden met de naam hierboven. Hij lijkt trouwens al te beseffen  dat het zijn lot is weg te deemsteren in de vergetelheid. Hij is immers niet geïnteresseerd in u, kijker, maar lijkt eerder naar een denkbeeldig publiek te staren.

Waarom we deze musicus, ooit befaamd en met lof en eer overladen, hier ten tonele opvoeren? Wel, vooreerst vanuit een stukje jeugdsentiment: hij is een geboren en getogen Huisenaar. Dat wisten we al als knaap: we lazen het op de koperen gedenkplaat die aan de gevel hing van zijn geboortehuis achter de kerk. En de onderwijzers in de dorpsschool lieten niet na dit te vermelden telkens ze ons Naar Wijd en Zijd lieten zingen, het huldelied aan onze toenmalige kolonie, door hem op muziek gezet.

Het tweede argument is dat hij ooit een grote meneer was in onze nationale muziekwereld. Geboren in de zomer van 1828 in een modest middenstandersgezin, werd zijn muzikale aanleg al vlug opgemerkt door zijn oom koster-organist en als dertienjarige trok hij al naar het Gents conservatorium. In 1847 won hij de prestigieuze Romeprijs, kon met de daaraan verbonden studiebeurs naar het buitenland reizen en bleef enkele jaren in Parijs hangen waar hij zelfs muziekdirecteur werd van de opera. De Frans-Pruisische oorlog deed hem in 1871 naar Brussel terugkeren waar hij de bekende musicoloog François-Joseph Fétis opvolgde als directeur van het Brussels conservatorium. Beïnvloed door zijn verblijf in het buitenland en onder druk van zijn officiële functie, keerde hij helaas wel de Vlaamse muziekbeweging de rug toe, al was hij aanvankelijk een bondgenoot van Peter Benoit.
Een vrij uitgebreid en boeiend relaas van Gevaert's leven en carriëre moet je beslist eens nalezen op de webstek van Het Studiecentrum voor de Vlaamse Muziek, of (heel wat bondiger) op Wikipedia.
De
derde aanleiding: in de aanloop naar Kerstmis, eind vorig jaar, kwamen we door een nieuwsbrief van het A.N.Z. op het spoor van een CD integraal gewijd aan onze meester. (De hoes en het bijhorend boekje leverden ons trouwens de fraaie beeltenissen uit 1906 van de hand van ene Jacques de Lalaing). De liefhebbers die meer wil te weten komen over deze begerenswaardige CD met o.m. zijn Grand'Messe de Noël, kunnen terecht op de website van Fuga Libera. Je kan er de CD downloaden of bestellen of  er een fragment van beluisteren. 

Frans August Gevaert speelde ook als musicoloog een vooraanstaande rol en publiceerde gezaghebbende bijdragen over oude muziek maar ook over Bach, Glück en co.

Op 24 december 1908 sterft hij te Brussel, 80 jaar oud. Het jaar voordien was hij, als kapelmeester van Leopold II, tot baron geadeld. Banden met zijn geboortestreek waren er vermoedelijk al lang niet meer. Alhoewel .. Ik meen me uit mijn jeugdjaren te herinneren in de kerk te Huise een gedenkplaatje te hebben gezien waarop te lezen staat dat hij de milde schenker is van de grootste baspijp van het orgel. Wellicht was dat rond 1889 toen de kerk ingrijpend gerestaureerd werd.

En toch kunnen we het niet laten ook zijn sterfdatum ergens als een aanknooppunt te beschouwen. 1908 is immers ook het jaar dat onze pa/opa werd geboren - hij was toen op die kerstavond een ukje van net geen vier maand oud. En precies op die dag vierde Jozef Thomaes, later onze bompa, zijn 24ste verjaardag.

 In 1949 stonden de paasklokken in de kerk van Huise

Foto, blijkbaar nog gemaakt in de klokkengieterij, en als aandenken geschonken door pastoor Cobbaut. Inderdaad, precies 60 jaar geleden, tijdens de Goede Week, stonden in de parochiekerk van Huise twee glimmende klokken geduldig te wachten. Nee niet - zoals men ons wijsmaakte in onze kleutertijd  - om naar Rome te vertrekken en eieren te gaan halen, maar wel om plechtig gewijd te worden en dan hoog in de toren te worden gehesen.

Ook de (meeste) parochianen van Huise keken er naar uit : eindelijk weer eens onder feestelijk klokkengebeier ter kerke gaan. Dat was immers van in de oorlogstijd geleden. De vijandelijke bezetter had toen hun geliefde klokken geroofd en tot verfoeilijke kanonnen omgesmolten. Tegen beter weten in, want als diezelfde vijand nauwlettender had meegeluisterd, had hij het morrend volk kunnen horen mompelen: Wie met klokken schiet, wint den oorlog niet !

Nu stond het brons daar weer: grotendeels gerestitueerd door de herstelbetalingen, maar ook dankzij de vrijgevigheid van de parochianen en een aantal gulle sponsors. Het jaar voordien, op 6 mei 1948, was reeds  de grote hoofdklok  (foto hieronder) gewijd en ingeluid. Hoofdsponsor en meter bij de wijding was toen De wijding van de eerste, grote klok op 6 mei 1948mevrouw de burgemeester, Agnes della Faille d'Huysse.

Nu, Paasdag, 17 april 1949 was de uitgelezen dag om het oorspronkelijke klokkentrio weer in eer te herstellen. Met twee flink uit de kluiten gewassen bellen. De grotere zou Urbanus heten (naar de tweede patroon van de kerk, een paus-martelaar) en voor de kleinere werd geopteerd voor de naam Adalardus. Deze heilige is  in Huise wel bekend en vereerd, want volgens de overlevering werd hij er geboren. Hij was een neef van Karel de Grote en werd abt van de prestigieuze cisterciënserabdij Corbie, gelegen in het verre Picardië. Dit belette echter niet dat deze monniken in Huise heel wat landerijen wisten te verwerven. Ook in Bertem trouwens! (Waarom denk je dat we in de Corbielaan zijn gaan wonen ?)

U en ik zouden van deze informatie wellicht verstoken zijn gebleven, ware het niet dat onze ouders bovenstaande foto ter aandenken meekregen omdat ze .. jawel .. gesommeerd werden om peter en meter te worden van Adalardus. Daar stond vanzelfsprekend, zoals hoger reeds gesuggereerd, een financiële geste tegenover. Hoe groot dat bedrag was ben ik nooit te weten gekomen, maar ik herinner me dat ons moeder daar 'off the record' wel ooit zorgelijk over deed. Onze ouders hadden immers pas een forse lening aangegaan voor het grote nieuwe Ooievaarsnest, waarin inmiddels al zeven hongerige jongen huisden. Maar ja, zo'n eervol voorstel weiger je niet .. Wíj waren best fier dat onze naam nu (voor eeuwig !) in brons was gegoten. Enkele weken later klauterden we stiekem met enkele speelkompanen tot boven in de toren om het opschrift op 'onze' klok nog eens te gaan ontcijferen:

Me fu(n)dit Michiels jr Tornaci
et benedicta in honorem Sancti Adalardi
patroni de loci de Huise ubi nati
Cobbaut Alphonso pastore ecclesiae parochialis
Sancti Petri et Sancti Urbani de Huise
Patrinus:
Van der Donckt Robertus, medicus
Matrina: Thomaes Julia, eiusdem uxor

Gegoten werd Ik door Michiels jr te Doornik
en gewijd ter ere van de H. Adalardus,
patroon der gemeente Huise, alwaar hij geboren werd,
door Alphons Cobbaut parochiepastoor zijnde van
St-Pieters en St-Urbaan te Huise.
Peter: Robert Van der Donckt, geneesheer.
Meter: Julia Thomaes, zijn echtgenote

Het jaartal (fusa anno 1948) is alleen op de grotere klok te zien. Peter hiervan was de heer Paul De Paepe, schepen en herenboer te Huise, gewezen senator. Zijn oudste dochter Maria Theresia is meter, mede namens haar broers en zussen.

 

 van onder het kolenstof gehaald..

De aanleiding om deze foto uit ons  familiearchief op te diepen, was de uitzending, eind vorig jaar op Canvas, van Arm Wallonië, de boeiende driedelige documentaire over de ca. 500.000 Vlamingen die ooit naar Wallonië migreerden. Toen we in een van de afleveringen die asgrauwe gezichten zagen defileren van de kompels die na hun shift uit de ophaalbakken werden gedreven, ging er bij ons een lichtje van herinnering en herkenning branden. Want ooit hebben we, zij het eenmalig, aan den lijve kunnen ondervinden wat voor hard labeur het voor deze mannen moet geweest zijn, dag na dag in dat stoffig inferno te moeten werken. 't Is te zeggen, wij kwamen er even zwart uit als de echte koolputters, maar wellicht heel wat minder afgemat. Toch een hele belevenis: urenlang wurmden we ons onder leiding van een ploegbaas door de smalle gangen, en alhoewel de pneumatische drilboren er werkeloos bijlagen (het was zondag !) zaten we op een mum van tijd onder het zwarte stof. Het was 21 april 1963 (zus Mimi wist het nog exact..). We hadden de kans aangegrepen om met de leiding van de scouts en gidsen te Oudenaarde op excursie te gaan naar Waterschei voor een mijnbezoek. Nee, niet de Borinage dus, maar een van de laatste toen nog operationele Limburgse mijnen. Enkele jaren later zal ze, evenwel niet zonder slag of stoot, ook dicht gaan.
Maar dé reden waarom we deze prent hier graag eens te kijk zetten is het hoge  familiefotogehalte. Wie op de foto doorklikt kan vaststellen dat er niet alleen vier vdd'kes op figureren, maar ook ene Luk die toen al kandideerde om lid te worden van de club. En ook Rita, plus haar broer Boudewijn van Houdenhove. Broer Ignace vertrouwde ons toe dat die eerste ontmoeting daar diep onder de grond, de aanzet werd tot hun later engagement, wat aan de foto uiteraard een extra emo-dimensie geeft..

We schreven toen 22 juni 1969 ..

Het Groot Begijnhof te Leuven kende die dag een hoog Van der Donckt-gehalte. Daar was een plausibele verklaring voor: die dag (al 40 jaar geleden..) werden er in de St-Jan-de-Doperkerk van de studentenparochie maar liefst drie vdd-telgen tegelijk gedoopt: Pieter, Greet & Annelies.  Helena, eveneens dat voorjaar geboren, had er in principe ook nog bijgekund, maar wederdopen mocht (toen ook nog) niet ..

Confrontatie van generaties

Dat verklaart meteen de plenaire vergadering van opgetrommelde grootouders op foto één. In feite was het me om dat kiekje te doen, toen ik  onlangs, bij het overlijden van oma Van Hoyweghen, in het fotoarchief ging rommelen. Nadat opa Van Houdenhove stierf in maart 2007, was zij immers de enige nog levende getuige van haar generatie. Noteer echter ook, prominent op de eerste rij aanwezig, drie vertegenwoordigers van een nòg oudere generatie: overgrootmoe Bergen-Peire van Annelies (+ 1970), de gemeenschappelijke overgrootva Thomaes (+ 1975), en de overgrootmoe Servotte-Ilegems  (+ 1978) van Pieter. Met zijn allen poseren ze voor het begijnenoptrekje waarvan  Loe en Riet toen de gelukkige bewoners waren.

Kleurig !

Daarna was de obligate familiefoto aan de beurt. Merk op: in kleur!. Voor het memorabel moment kon dat er wel van af. (Zwart-wit was om budgettaire reden toen nog de standaard, en ja .. ook kleurendia's ..). Van de dopelingen is alleen Annelies present. De andere twee doen nog een dutje. Verder tellen we de peuters Leen (in de armen van haar moe), Johanna, die de wacht houdt naast Annelies, en Els die alleen aandacht heeft voor haar neefje Michaël. Wie blijkbaar op het appel ontbreekt is Wouter. Wellicht bij oma t'Huise gebleven?
Bewonder op de bovenste foto beslist ook de weelderige rode klimrozelaar, en op de achtergrond de nostalgieke Citroën DS van opa Van Es.
En naast het doopprentje (een genereus kadootje van de drukkerij der H.H.Harten van de heilige pater Damiaan!) staan netjes en keurig de kinderkoetsen en dito zitjes geparkeerd.

 

Een vleugje nostalgie ..

 


Een klasfoto uit het begin van vorige eeuw, 1913, een jaar voor het uitbreken van de Groote Oorlog, bijna honderd jaar geleden .. Allemaal ukjes van 5 à 6 jaar, gedwee poserend tegen het mistroostig decorum van een Horebeekse schoolmuur, onder het alziende  oog van ene zuster Immaculata.
Je wordt er wat stil en zelfs weemoedig van, vooral als je bedenkt dat van deze eenenzestig levenslustige kleuters met nog een heel leven voor zich, er wellicht geen enkel meer onder ons is. Zoals ons vader, die inmiddels
100  zou zijn geworden .. Vanzelf komen we dan tot de vraag : wie herkent onze pa/opa Robert Van der Donckt op de foto hierboven ? Vermits toendertijd de lammetjes en de bokjes nog angstvallig van elkaar gescheiden werden, kan je je zoektocht beperken tot de twee bovenste rijen. En als bijkomende hint: hij is noch de blondste, noch de grootste van de klas .. maar, misschien/ongetwijfeld wel de slimste ..

ook uit  Tilloenk

Vermoedelijk zullen slechts de oudsten onder ons onderstaande foto direct weten te linken. Deze zes bevallige jongedames uit het prille begin van vorige eeuw zijn te bewonderen op Tilloenk Vruger, een weblog die integraal is gewijd aan wat ooit reilde of nog zeilt in Tildonk.
Aan deze hint moet je genoeg hebben om in de juiste richting te zoeken.

 

Het zijn inderdaad de zes zusjes Persoons waarvan je elders op deze webstek niet alleen nog een familiefoto maar ook een nagenoeg compleet  nakomelingschap  kunt terugvinden.
Niets van wat Tildonk aanbelangt ontgaat Jan Gordts, de man achter hogervermelde weblog, maar ook auteur van menige historische publicatie over de gemeente die hem zo nauw aan het hart ligt.
Het loont echt de moeite even naar
Tilloenk Vruger terug te keren, (en deze aansporing is beslist niet alleen als wederdienst bedoeld) !

   Gekreukt .. maar leuk 

aanklikken om te vergrotenOok dit is letterlijk een kiekje uit de oude doos: vergeeld, gekreukt, intrigerend en een hoop vraagtekens .. Het enige wat we met zekerheid weten: de vijfde man (v.l.n.r.) is (over-)grootva Victor Van der Donckt, in leven gemeentesecretaris van Sint-Maria-Horebeke. De enige met hoed tussen de vele petten. Wellicht was hij zulks aan zijn status verplicht - casual wear was duidelijk  niet aan hem besteed.
De volumineuze décapotable biedt plaats aan 14 besnorde mannen. (De man uiterst links tellen we niet mee, want die staat blijkbaar op de treeplank).
Daar kunnen de hedendaagse volumewagen-constructeurs nog een puntje aan zuigen.
Allemaal mannen dus. Dat ondergraaft onze veronderstelling dat het kiekje misschien genomen was tijdens een reis naar Lourdes. (Als je aandachtig toekijkt zie je een wazig berglandschap op de achtergrond). Maar een bedevaart zonder vrouwelijk gezelschap lijkt erg onwaarschijnlijk. Tenzij natuurlijk de mannen op excursie gingen terwijl hun vrouwen kaarsjes brandden aan de grot.
Ook over de datum hangt een sluier van onzekerheid. Post factum heeft ons vader op de rugzijde ' ± 1925? ' genoteerd.
Vast staat dat dit kiekje ook voor onze grootouders een leuk souvenir was: dat vertellen de twee punaise-prikjes bovenaan ..

Lourdes .. zeker weten ! aanklikken om te vergrotenaanklikken om te vergroten
 Dank zij de niet aflatende speurzin van Paul Herman, onze genealogie-correspondent uit Horebeke, is mijn eerste veronderstelling intuitief juist gebleken. Eerst stuurde hij me de foto links, waarop ik de torenspits van de Lourdes-basiliek meende te herkennen. Dan kwam hij met het ultieme bewijs aandraven: de foto hiernaast blijkt - op luttele meters na - op dezelfde plek te zijn genomen als deze bovenaan (let op de achtergrond)..En wat staat er op de voituur ? Juist : Lourdes.

 Een greep jeugdherinneringen

 - klik de foto's aan om ze te vergroten

aanklikken voor de foto

Huise - Dorp
In het midden het huis (met hek) waar acht van de tien VdD-telgen geboren werden ..

aanklikken voor de foto
"Het Ooievaarsnest" :
De royale woning die va/opa
Van der Donckt
ten behoeve van zijn kroostrijk gezin en zijn artsenpraktijk in 1947-48 liet optrekken
aanklikken voor de foto
"het Hoveke" te Lede (Wannegem)
w
aar grootvader Jozef Thomaes geboren en getogen is. De foto die bij het aanklikken verschijnt dateert vermoedelijk van omstreeks 1887


St-Pieter & St-Urbanuskerk
te Huise
aanklikken om te vergroten
"Het Ooievaarsnest"
..
uit een langvervlogen tijd
toen er nog winters waren ..
aanklikken om te vergroten
"het Hoveke" te  Etikhove
waar moeke/oma Van der Donckt woonde van 1976 tot aan haar overlijden in 1992

aanklikken om te vergroten

Huisekoutermolen
Niet echt een jeugdherinnering voor de meesten (hij herrees slechts midden de jaren '70 op deze plek ), maar toch onlosmakelijk in ons geheugen gegrift ..dankzij Paul Bauters (nonkel Paul voor een aantal onder ons ..)
(Klik hier voor de historiek van de molen)

aanklikken om te vergroten

De Bekemolen te Mullem

Emmanuel Francies Thomaes en zijn nakomelingen bewoonden en exploiteerden deze molen van 1897 tot 1960.

aanklikken om te vergroten

Het kasteel den Ast te Huise


Hoewel het Mullem domineert, ligt het kasteel met de aanpalende hoeve nog op Huise. Het wordt bewoond door de familie van wijlen baron Gaston de Gerlache de Gomery (1919-2006), poolreiziger, die het via zijn vrouw Lily erfde van haar vader baron Georges van Oost.
(Klik hier voor meer)

De Slag bij Oudenaarde
11 juli 1708
.. 300 jaar later ..

Start Katharina & Ludwig Slag bij Oudenaarde


 laatst bijgewerkt op 14-06-2023  © Raf van der Donckt